De medeoprichter van Microsoft gelooft dat opgroeien zonder beeldschermen cruciaal is voor hun intellectuele ontwikkeling.
Onze kinderen en neven en nichten veel op hun mobiele telefoon zien is de realiteit, en veel van deze situaties weten we niet hoe we ermee om moeten gaan of hoe we ze moeten begrijpen. Als oplossing raadt Bill Gates een boek aan dat misschien beangstigend is, maar dat ons enorm kan helpen om de impact van technologie op de ontwikkeling van nieuwe generaties te begrijpen.
Het is Anxious Generation van Jonathan Haidt, een tekst die ingaat op hoe digitale platforms en voortdurende connectiviteit het gedrag van kinderen en adolescenten veranderen en wat dit betekent voor hun toekomst.
Waarom Bill Gates dit boek aanbeveelt
De bezorgdheid van Bill Gates over de impact van technologie op de jeugd is niet nieuw. In zijn blog deelt de tycoon hoe zijn eigen jeugd werd gekenmerkt door vrijheid en onbeperkte tijd, iets waarvan hij zegt dat het fundamenteel was voor zijn persoonlijke en professionele ontwikkeling.
“In de jaren 90, toen ik bij Microsoft werkte, nam ik een jaarlijkse week die bekend stond als ‘Think Week’, waarin ik mezelf afzonderde in een hut met alleen boeken en technische papieren,” zegt Gates. In die geïsoleerde ruimte, ver weg van alle digitale afleidingen, wijdde hij zich ongestoord aan denken, lezen en schrijven. Deze tijd van reflectie stelde hem in staat zich te ontwikkelen tot de figuur die hij vandaag de dag is.
De vraag die opkomt bij het lezen van Anxious Generation is: “Zou hij deze gewoonten van concentratie en reflectie hebben ontwikkeld als hij was opgegroeid in het tijdperk van mobiele telefoons en sociale media? Als hij in zijn kindertijd, in plaats van tijd alleen door te brengen met boeken, constant toegang had tot meldingen, apps en sociale media, weet hij niet of hij in staat zou zijn geweest om zijn prestaties te bereiken.
Gates heeft geen definitief antwoord, maar het werk van Haidt heeft hem aan het denken gezet over de effecten van technologie op jonge geesten.
Wat het boek dat Bill Gates aanbeveelt zegt
Anxious Generation is niet alleen een analyse van de negatieve effecten van technologie, maar ook een wake-up call over twee onderling samenhangende crises die de ontwikkeling van jonge mensen beïnvloeden. De eerste is digitale onderopvoeding, waarbij kinderen onbeperkt en zonder toezicht toegang hebben tot apparaten en sociale netwerken.
In deze context worden jongeren voortdurend blootgesteld aan inhoud zonder de nodige filters om hun emotionele welzijn te beschermen. De tweede crisis is de overcurricularisatie van de echte wereld, waarbij ouders uit angst voor gevaren van buitenaf hun kinderen overbeschermen, waardoor hun vermogen tot interactie met de fysieke wereld en de uitdagingen van het dagelijks leven worden beperkt.
Haidt stelt dat deze combinatie van een overbeschermde jeugd in de fysieke wereld en een ongecontroleerde jeugd in de digitale wereld heeft geleid tot een generatie die gekenmerkt wordt door verslavingsgedrag. Jongeren lijden aan angst, depressie, eetstoornissen en zelfbeschadiging, ondanks het feit dat ze meer verbonden zijn dan ooit tevoren. Dit beeld wordt nog verergerd door een gebrek aan vrije tijd, de ruimte die nodig is om creativiteit, reflectie en het vermogen om met frustratie om te gaan te ontwikkelen.
Een van de conclusies van het boek is het verband tussen het overmatig gebruik van sociale netwerken en de toename van emotionele stoornissen onder jongeren. Haidt wijst erop dat digitale platforms weliswaar een constante verbinding mogelijk maken, maar dat deze interacties geen vervanging zijn voor face-to-face relaties.
In feite brengen tieners tegenwoordig gemiddeld zes tot acht uur per dag door voor een scherm, bezig met recreatieve, niet academische, activiteiten. Deze tijd beïnvloedt volgens de schrijver hun psychologisch welzijn en cognitieve ontwikkeling, omdat de voortdurende blootstelling aan meldingen en afleidingen hun vermogen om zich te concentreren en diep na te denken verstoort.
Een ander feit is de genderkloof die deze generatie treft. Volgens Haidt hebben meisjes een duidelijke toename in geestelijke gezondheidsproblemen ervaren, terwijl jongens in academische stagnatie terechtkomen, met hogere uitvalpercentages op de universiteit en problemen bij het ontwikkelen van sociale vaardigheden.
De oplossingen in het boek
Tegen deze achtergrond biedt Jonathan Haidt oplossingen die, hoewel niet eenvoudig te implementeren, cruciaal zijn om de situatie te keren. Ten eerste stelt hij een rigoureuzer systeem van leeftijdscontrole op sociale platforms voor, waarbij de toegang van minderjarigen tot bepaalde inhoud wordt beperkt totdat ze ouder zijn. Er wordt ook voorgesteld om de toegang van kinderen tot telefoons uit te stellen, zodat ze zich kunnen ontwikkelen zonder de constante druk van connectiviteit.
Maar de oplossingen gaan verder dan digitale regulering. Haidt roept op om de infrastructuur van de kindertijd opnieuw op te bouwen, te beginnen met het terugwinnen van ruimtes voor fysiek spel, zonder de bemiddeling van schermen. Hij pleit voor het creëren van telefoonvrije zones op scholen en de noodzaak om persoonlijke interactie te herontdekken.