De impact van woorden gehoord in de kindertijd
Woorden die in de kindertijd worden uitgesproken, kunnen een diepgaand effect hebben. Het is niet zomaar een gezegde, het is een goed gedocumenteerd feit uit de psychologie. Als je bepaalde zinnen vaak hoorde toen je jong was, is het mogelijk dat je het vandaag moeilijk vindt om zelfvertrouwen te hebben. Deze woorden, die soms licht of onbewust worden uitgesproken, kunnen een blijvende stempel drukken op de manier waarop we onszelf zien.
In dit artikel bekijken we negen zinnen die je zelfvertrouwen in de loop der tijd kunnen hebben aangetast. Maar onthoud: het is nooit te laat om te begrijpen, te genezen en opnieuw op te bouwen.
1) “Je bent te gevoelig
Toen je opgroeide, kreeg je misschien vaak te horen dat je “te gevoelig” was elke keer dat je je emoties uitte.
Deze zin kan bijzonder schadelijk zijn. Het suggereert dat je gevoelens niet legitiem zijn, dat ze overdreven of verontrustend zijn. Het laat je twijfelen aan je reacties, ze minimaliseren en zelfs onderdrukken.
Als volwassene kan dit je vertrouwen in je eigen emotionele oordeel ondermijnen. Je kunt de neiging hebben om je te verontschuldigen als je iets voelt of om je gevoelens te onderdrukken.
Maar er zijn geen goede of foute emoties. Gevoeligheid is geen zwakte. Het is een kracht, die ons in staat stelt anderen beter te begrijpen en een diep inlevingsvermogen te hebben.
Onderzoek heeft aangetoond dat wanneer kinderen door hun familie worden geplaagd over hun uiterlijk, ze uiteindelijk ontevreden kunnen zijn over hun lichaam, zichzelf negatief kunnen vergelijken met anderen, problemen met hun zelfvertrouwen kunnen krijgen en vatbaarder kunnen zijn voor depressies en eetstoornissen.
2) “Waarom kun je niet meer op je broer of zus lijken?
Deze zin, die ik persoonlijk vaak heb gehoord, heeft een blijvende indruk op me achtergelaten. Als jongste van mijn broers en zussen werd ik vaak vergeleken met mijn oudere broers en zussen.
“Je broer blinkt uit in wiskunde”, ‘Je zus heeft zich nooit zo druk gemaakt’… Deze opmerkingen, misschien bedoeld om me aan te moedigen, gaven me alleen maar het gevoel dat ik uit de pas liep, ontoereikend was, onzichtbaar.
Als volwassene bleef ik daardoor achter met het gevoel dat ik nooit “genoeg” zou zijn, dat mijn eigen kwaliteiten geen waarde hadden.
Het kost tijd en bewustzijn om deze vergelijkende logica te doorbreken. Wat ik me vandaag probeer te herinneren is dat mijn waarde niet afhangt van anderen. Het wordt gemeten door mijn talenten, mijn inspanningen en door wie ik echt ben.
Uit een onderzoek uit 2021 bleek dat jongvolwassenen die als kind veel rivaliteit tussen broers en zussen hadden ervaren, een lager gevoel van competentie, zelfvertrouwen en levenstevredenheid hadden en geneigd waren om problemen te internaliseren.
3) “Je bent niet slim genoeg”.
Voor een kind is het horen van deze zin een directe wond aan hun zelfvertrouwen. Het gaat verder dan een simpel verwijt: het stelt hun potentieel, hun toekomst, hun vermogen om te slagen in vraag.
Na verloop van tijd kan dit leiden tot blokkades. Het kind dat volwassen is geworden, kan twijfelen aan zijn of haar legitimiteit, bang zijn om beslissingen te nemen of geloven dat hij of zij niet in staat is om te leren.
Het is belangrijk om te onthouden dat intelligentie niet één vast criterium is. Het kan duizend vormen aannemen: emotioneel, artistiek, logisch, relationeel… Iedereen heeft zijn eigen unieke intelligentie. De sleutel is om je ervan bewust te worden en het te cultiveren, in je eigen tempo.
4) “Stop met dromen en wees realistisch”.
Dromen wordt vaak gezien als een naïeve activiteit die voorbehouden is aan de kindertijd, een fantasie die je moet opgeven als je volwassen wordt. De uitdrukking “Stop met dromen en wees realistisch” wordt vaak gebruikt om een einde te maken aan wat wordt gezien als een onrealistische ambitie.
Maar dromen zijn veel meer dan illusies. Ze vormen de basis van creativiteit, innovatie en ambitie. Als we tegen een kind zeggen dat het moet stoppen met dromen, lopen we het risico dat we zijn of haar vermogen om te fantaseren, te hopen en te geloven in zijn of haar eigen mogelijkheden verstikken.
Als volwassenen kunnen degenen die met dit gebod zijn opgegroeid het moeilijk vinden om te voelen dat hun diepste verlangens legitiem zijn. Ze kunnen denken dat hun aspiraties zinloos of onbereikbaar zijn en zichzelf censureren zonder het zelf te beseffen.
We moeten het dromen in ere herstellen. Een droom, hoe ver weg die ook lijkt, is vaak de eerste stap op weg naar een doel. Het is geen illusie om je een ander leven voor te stellen, dat meer in lijn is met onze verlangens. Sterker nog, het is een van de krachtigste krachten voor verandering.
5) “Je zult nooit ergens in slagen”.
Dit is een van de meest kwetsende zinnen die een kind kan horen. Het werkt als een categorische afwijzing van hun potentieel, waardoor ze al op jonge leeftijd gaan twijfelen.
Als kinderen regelmatig te horen krijgen “je zult nooit iets bereiken”, kunnen ze gaan geloven dat ze niet in staat zijn om te slagen, wat ze ook doen. Dit creëert faalangst en terughoudendheid om nieuwe ervaringen op te doen, wat kan doorwerken tot in de volwassenheid.
Als volwassene is het essentieel om deze diepgewortelde overtuiging in twijfel te trekken. Wat je in het verleden is verteld, bepaalt niet je toekomst. Ieder van ons heeft het potentieel voor groei, transformatie en succes, ongeacht wat ons is voorgehouden.
6) “Wees niet zo egoïstisch”.
Leren delen en rekening houden met anderen is een belangrijk onderdeel van het opvoeden van een kind. Maar de uitdrukking “wees niet zo egoïstisch” kan soms overdreven en zelfs ongepast worden gebruikt om een kind ervan te weerhouden zijn of haar persoonlijke behoeften te uiten.
Deze boodschap kan een paradox creëren die moeilijk te hanteren is op volwassen leeftijd: we willen anderen behagen, terwijl we ons schuldig voelen omdat we voor onszelf willen zorgen. Als gevolg daarvan vergeten we onszelf, trekken we ons terug en ontwikkelen we een gevoel van eigenwaarde dat wordt bepaald door de tevredenheid van anderen.
Het is cruciaal om te onthouden dat voor onszelf zorgen geen egoïsme is. Het is een noodzaak. Luisteren naar jezelf, jezelf respecteren en voldoen aan je eigen behoeften zijn de fundamenten van een evenwichtig gevoel van eigenwaarde.
7) “Je bent zo’n teleurstelling”.
Het horen van deze zin kan een blijvende indruk achterlaten. Het bekritiseert niet een specifieke actie, maar lijkt het hele kind te veroordelen.
Ik herinner me nog de eerste keer dat iemand het tegen me zei. Ik was tien jaar oud, ik was vergeten mijn corvee te doen en die zin kwam hard aan. Ik voelde me een mislukkeling, niet zomaar een mislukkeling.
Dat soort opmerkingen heeft een diepgaand effect op het gevoel van eigenwaarde. Het zendt de boodschap uit dat, hoe hard je het ook probeert, je je nooit zult kunnen meten. En deze woorden kunnen doorklinken tot in de volwassenheid, vooral in tijden van zelftwijfel of mislukking.
Na verloop van tijd heb ik geleerd om deze innerlijke stem te deconstrueren. In plaats daarvan herhaal ik positieve affirmaties voor mezelf die me helpen om weer in contact te komen met mijn waarde. Want geen enkel woord dat in je kindertijd is uitgesproken, zou de macht moeten hebben om ons voor het leven te definiëren.
8) “Je staat me altijd in de weg”.
Tegen een kind zeggen “je staat altijd in de weg” of “je staat in de weg” kan ervoor zorgen dat het zich een last voelt. Deze zin zendt de boodschap uit dat ze storen, in de weg lopen, dat ze te veel zijn.
Na verloop van tijd kan dit gevoel diep geworteld raken. Op volwassen leeftijd kan dit zich vertalen in moeite hebben om je plaats in te nemen, je aanwezigheid of je ideeën te laten gelden. We leren om discreet te zijn, om op de achtergrond te blijven, uit angst om gezien te worden als een last of een last.
Maar het is essentieel om te onthouden dat iedereen het recht heeft om volledig te bestaan, om de ruimte in te nemen, zowel fysiek als emotioneel. Je bent geen obstakel. Je hebt je plaats, je stem en je eigen licht om te schijnen.
Emotioneel misbruik en verwaarlozing in de kindertijd zijn gelinkt aan emotioneel leed en een laag zelfbeeld op volwassen leeftijd.
9) “Je bent niet goed genoeg
Herhaaldelijk te horen krijgen dat je “niet goed genoeg” bent, kan diepe wonden veroorzaken. Het is een directe aanval op je eigenwaarde en suggereert dat hoe hard je ook je best doet, je nooit goed genoeg zult zijn.
Op volwassen leeftijd kan dit zich vertalen in een hardnekkig gevoel van ontoereikendheid. We twijfelen aan onszelf, we zoeken voortdurend naar de goedkeuring van anderen, we voelen ons verplicht om te bewijzen wat we waard zijn, soms tot het punt van uitputting.
Maar het is essentieel om deze overtuiging te deconstrueren. De waarheid is dat je al goed genoeg bent. Jouw waarde hoeft niet bewezen te worden. Het hangt niet af van wat je hebt bereikt of hoe anderen je zien. Het zit altijd al in jezelf.